5081220180612094515488
Beeldvergelijking

Eupen’s structurele verandering in de “groene velden”

27.06.2022
  • Labo
  • Ervaren
  • Beeldvergelijking

Een gebied dat de afgelopen 100 jaar ongeveer dezelfde economische ontwikkeling heeft doorgemaakt, strekt zich uit over heel Europa. Zware industrie en kolenmijnen strekten zich uit van Midden-Engeland tot het departement Nord-Pas-de-Calais, Luxemburg, Saarland, Wallonië, Limburg, het kolengebied van Aken en het Ruhrgebied. De ontwikkeling van stoommachines maakte van die gebieden industriële centra. De ontwikkeling van stoommachines maakte het echter ook mogelijk om de bestaande textielindustrie verder te ontwikkelen, zodat er al snel een moderne textielsector ontstond in de buurt van geïndustrialiseerde steden.

In de omgeving van Oost-België zijn daarvan talrijke voorbeelden te vinden: Verviers, Monschau en Aken ontwikkelden zich tot bloeiende centra van die industrie. Ook het lot van de stad Eupen was van oudsher nauw verbonden met die sector. Eupen onderging de mechanisering van de productie in de 19e eeuw.

Het verval van die textielsteden vond ook plaats in de jaren 1960 en 1970. De voortschrijdende mechanisatie en de verplaatsing van de textielindustrie naar Azië veranderden de bovengenoemde steden. Waar structurele veranderingen niet slaagden, heeft de neergang van de industrie tot op de dag van vandaag een impact.

Vanaf de jaren 1960 verloor de textielindustrie van Eupen aan belang in vergelijking met de naburige regio’s. Textielfabrieken zoals Wilhelm Peters & Co. (1972), Kammgarnwerke (1979), Eupener Textilwerke (1968) en BEKA (1982) sloten hun deuren. Dat betekende het verlies van honderden banen.

De benedenstad, het vroegere economische hart van de stad Eupen, werd echter snel vervangen en we kunnen in Eupen een gelijkaardige ontwikkeling vaststellen als in Vlaanderen: op de groene velden buiten de stad ontstonden nieuwe industrieën. Door de aanleg van de Koning Boudewijn-snelweg ontstonden er talrijke nieuwe bedrijven langs de Herbesthalweg tussen Herbesthal/Welkenraedt en Eupen. Die boden ook arbeiders uit de vroegere textielindustrie de kans om opnieuw werk te vinden.

Werkplaatsen, autodealers, winkeliers, een wasmachinefabriek, verschillende metaalbewerkingsbedrijven, een grote schrijnwerkerij, Chocolaterie Jacques en verschillende supermarkten zorgden in de jaren 1970 en 1980 voor nieuwe warenhuizen en winkels langs de straat. In de buurt zorgden Kabel & Gummiwerke Eupen en Noel-Marquet & Co. in de loop van die decennia voor nog meer werkgelegenheid.

Zo werd de stad Eupen een voorbeeld van succesvolle economische structuurverandering, deels dankzij de bereidheid van de bevolking om werk te zoeken in Duitsland en Wallonië. Het “groene veld” buiten de stad werd omgevormd tot industriegebied. De rol van de Herbesthaler Straße als levensader van Eupen wordt voor de toeschouwer vooral duidelijk als zij van bovenaf wordt bekeken.

 

Alternative Content

Bron afbeelding: Öffentlicher Dienst der Wallonie (SPW), Orthophoto 1971, http://geoportail.wallonie.be

Leestip:

Peter Quadflieg, „Übergang, Anpassung, Boom. Regionale Wirtschaftsentwicklung im Europäischen Rahmen“, in Carlo Lejeune & Christoph Brüll (Hg.), Grenzerfahrungen. Eine Geschichte der Deutschsprachigen Gemeinschaft Belgiens. Bd. 5: Säuberung Wiederaufbau, Autonomiediskussionen (1945-1973), Eupen, GEV, 2014, S. 118-187.