5081220180612094515488
Beeld geschiedenis

Een wolf in schaapskleren?

6.09.2022
  • Labo
  • Documenteren
  • Beeld geschiedenis

Het werk van Abbé Nicolas Pietkin, priester en voorvechter van de Waalse taal in Pruisisch Wallonië tot 1920, werd al in talrijke artikelen beschreven. Er is zelfs een monument aan hem gewijd in Sourbrodt. Het nodigt uit tot nadenken. De bewogen geschiedenis van het monument is ook een weerspiegeling van de geschiedenis van de Oostkantons.

De “Assemblée wallonne” gaf de beeldhouwer Georges Petit de opdracht voor het ontwerp. Het monument werd ingehuldigd op 3 oktober 1926. Het was bedoeld om Pietkin te eren, die een felle tegenstander was van Bismarcks Kulturkampf in de 19e eeuw. De priester had niet enkel gestreden tegen de pogingen van de kanselier om de macht van de katholieke kerk te breken, maar ook tegen pogingen om de voorheen getolereerde Waalse en Franse talen uit Pruisisch Wallonië te verdrijven.

Het monument was echter ook bedoeld als gedenkteken tegen het Duitse militarisme. Jules Bosmant (1893-1975), een kunsthistoricus uit Luik, beschrijft het monument als volgt: “De wolvin strekt haar nek wantrouwend uit naar het oosten. Waakzaam en wild voelt ze de duistere dreigingen en wacht ze op de naderende vijand […]”(1). Met de oprichting van het monument wilde de Waalse Beweging uit Malmedy zich aansluiten bij de Waalse Beweging in het centrum van het land. Het motief is ongewoon: de Romaanse cultuur wordt voorgesteld door de wolvin die Romulus en Remus zoogt. De onthullingsrede zou in 1926 gehouden worden door de Franse en Italiaanse consuls “ter ere van de uiterste grenzen van de Latijnssprekende wereld”. De Duitse regering, de katholieke Belgische pers en de katholieke priesters in de regio protesteerden echter fel tegen de oprichting van het monument. De priesters stoorden zich aan het heidense motief van de wolvin en de naaktheid van Romulus en Remus. In de regio circuleerden ook handtekeningenlijsten tegen het monument.

Het monument werd zwaar beschadigd door pro-Duitse inwoners van Sourbrodt na de annexatie van Eupen-Malmedy in 1940. De wolvin werd omvergeworpen en de gelaatstrekken van Pietkin werden met beitels verminkt.

Pas twaalf jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog werd het monument op 2 juni 1957 opnieuw ingewijd door talrijke persoonlijkheden van de Waalse Beweging en verschillende Waalse verenigingen.

De burgemeester van Robertville, de heer Blesgen, herinnerde eraan dat “dit ook het moment was om enkele woorden van vergeving en vergetelheid te zeggen. Ondanks talrijke moeilijkheden heeft de wereld begrepen dat oorlog en haat geen voordelen bieden en dat die concepten voor altijd moeten worden uitgebannen. Laat de heroprichting van het monument in die geest beoordeeld worden”(2).

Het monument werd opnieuw geïnterpreteerd: oorspronkelijk opgericht als een strijdmonument tegen het Duitse culturele imperialisme, maakte Blesgens toespraak er een monument van verzoening en respect voor naburige culturen van.

 

Vitus Sproten

Uit ZVS, 2018/11, p. 258-259.

(1) Origineel citaat Jules Bosmant: “La louve est belle ; traitée avec un réalisme de bon aloi – on sent le poil de la bête – le cou tendu vers l’est, attentive et farouche, elle flaire les menaces obscures, guette l’ennemi proche, cependant que, suspendus à ses dures mamelles, les jumeaux innocents sucent le lait latin.” in: Yves Dubois, Les monuments commémoratifs de la Grande Guerre en Province de Liège, Mémoire présenté en vue de l’obtention du grade de Master en histoire de l’Art et Archéologie, ULiège, 2010/2011, p. 107.

(2) “Feierliche Einweihung des Denkmals Pietkin in Sourbrodt”, in Grenz-Echo, 3.6.1957.